Gert Haverkate
Dr. A.G.M. van Gorp, dr. P.A. Maaskant-van Wijk, drs. ing. A. Lindenbergh, dr. I.E.P.M. Blom en dr. ir. T. Sijen
Jaap de Groot
Het afgelopen jaar is in Nederland een onderzoeksmethode voor RNA-celtypering geïntroduceerd. RNA-celtypering maakt het mogelijk om naast de aanwezigheid van bloed, sperma en speeksel gelijktijdig ook de aanwezigheid van vaginale cellen, menstruele secretie en huidcellen in een spoor vast te stellen. Informatie over de celtypen in een spoor is van belang voor het beantwoorden van de vraag of er een (rechtstreeks) verband is tussen het aangetroffen celmateriaal en het delict. Dat nu met RNA-celtypering vaginale cellen en menstruele secretie in een spoor zijn aan te tonen kan bij zedenmisdrijven doorslaggevend zijn, vooral wanneer de wijze waarop het celmateriaal is overgedragen ter discussie staat. Deze publicatie bespreekt wat RNA is, hoe RNA-celtypering in zijn werk gaat en wanneer het zinvol is RNA-celtypering uit te voeren. Daarnaast geven de in deze publicatie besproken zaaksvoorbeelden een goed beeld van de interpretatie en rapportage van de gecombineerde resultaten van het DNA-onderzoek en de RNA-celtypering van sporen.
Om toegang te krijgen tot het gehele artikel heeft u een abonnement nodig. Meer informatie over de abonnementsvormen en prijzen kunt u hier vinden.
Abonneren op dit tijdschrift