Tijdschrift voor Sport & Recht (TvS&R)

COVID-19 en de impact op de sport

Dr. mr. S.F.H. Jellinghaus, N. van Abeelen

De COVID-19-pandemie heeft ingrijpende gevolgen voor onze samenleving. Ook de Nederlandse sportsector kampt met problemen door de gezondheidscrisis; verschillende maatregelen om de coronabesmettingen tegen te gaan maken het beoefenen van een sport lastiger en ingewikkelder, sportverenigingen en clubs hebben financiële problemen en de topsport heeft een tijd stilgelegen. In deze bijdrage wordt een overzicht gegeven van de huidige belangrijkste maatregelen, regelgeving en financiële steun die van invloed zijn op de Nederlandse sportsector.

Regelgeving en maatregelen

De Nederlandse overheid heeft verschillende maatregelen genomen voor de sportsector om coronabesmettingen tijdens sporten te voorkomen. De maatregelen zijn gedurende de pandemie steeds veranderd met inachtneming van de dreiging en situatie van dat moment. In beginsel geldt momenteel dat iedereen alleen mag buiten sporten. De kleedkamers, douches en kantines van sportverenigingen zijn dicht, binnensportaccommodaties blijven gesloten en er mag geen publiek aanwezig zijn bij trainingen en wedstrijden. Therapeutische sport is wel toegestaan, zoals bij revalidatie.

 

De maatregelen verschillen daarnaast ook per sport en per leeftijd. De overheid probeert hiermee jongvolwassenen meer ruimte te geven om sociaal en fysiek actief te zijn, mede gelet op hun mentale en lichamelijke welzijn. Kinderen en jongeren tot en met zeventien jaar kennen de meeste vrijheden op het gebied van sport. Zij mogen overal gezamenlijk buiten sporten en hoeven daarbij geen anderhalve meter afstand te houden. Ook mogen zij wedstrijden spelen met teams van de eigen sportvereniging. Wedstrijden tussen verenigingen zijn echter niet toegestaan. Dit mede in het kader van het bepalen van reisbewegingen. Jongvolwassenen vanaf achttien tot en met zesentwintig jaar mogen met maximaal twee personen buiten sporten op anderhalve meter afstand. Op sportaccommodaties en op andere locaties (op initiatief van de gemeente) kunnen zij wel gezamenlijk buiten sporten. Daarbij hoeven zij geen anderhalve meter afstand te houden. Ook deze leeftijdsgroep mag wedstrijden spelen, maar weer alleen met teams van de eigen sportvereniging. De competitie ligt dus ook hier stil. Voor volwassenen boven de zevenentwintig jaar gelden strengere maatregelen. Zij mogen wel met maximaal twee personen op anderhalve meter afstand buiten sporten, maar voor buiten sporten op sportaccommodaties of op een locatie (op initiatief van de gemeente) geldt een maximaal aantal personen van vier. Deze groep mag daarnaast geen wedstrijden spelen.

 

De hiervoor genoemde maatregelen zijn van toepassing op amateursporters.Corona en sport (waaronder zwemmen, groepslessen en sportevenementen)’, rijksoverheid.nl, geraadpleegd 25 mei 2021. Topsporters kunnen, sinds december 2020, wel onder voorwaarden trainen en wedstrijden spelen als ze uitkomen in topsportcompetities. Het moet daarbij wel gaan om trainingen en wedstrijden van instellingen voor de topsport. Er is een selecte groep gemaakt in overleg met de Nederlandse sportorganisatie NOC*NSF en de Nederlandse voetbalbond KNVB voor alle topsporters met een status, topsportcompetities en voetballers uit de Eredivisie en Eerste Divisie. Hieronder vallen ongeveer 1000 voetballers en 5000 sporters uit overige sporten (hockey, basketbal, waterpolo, volleybal, handbal, korfbal, beachvolleybal, honkbal, softbal, rugby, ijshockey, rolstoelbasketbal, zaalvoetbal, cricket, badminton en tafeltennis).‘Corona en sport’, rijksoverheid.nl. De medische staf van het NOC*NSF adviseert dat de sporters en begeleiders van het Nederlandse team in de zomer gevaccineerd naar de Olympische en Paralympische Spelen van Tokio afreizen. Voorlopig wordt er op de sporters alleen nog maar een beroep gedaan op onder andere hun gedrag, naleving van de protocollen en op de noodzaak van het regelmatig laten testen.‘Topsport en vaccinatie tegen Covid-19’, nocnsf.nl. Inmiddels is bekend geworden dat de atleten die naar Tokyo worden afgevaardigd met voorrang worden ingeënt.www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/coronavirus-vaccinatie/volgorde-van-vaccinatie-tegen-het-coronavirus/volgorde-vaccinatie-voor-mensen-die-niet-in-de-zorg-werken.

 

Wedstrijden op topsportniveau vinden in beginsel nog zonder publiek plaats. In april 2021 is de Nederlandse overheid wel aan de slag gegaan met het toestaan van evenementen en activiteiten waarbij bezoekers een testbewijs moeten meebrengen. Bezoekers moeten voor hun toegang een sneltest op corona laten plaatsvinden. Met een negatieve uitslag van die test krijgen zij een testbewijs dat bij de ingang van het evenement getoond moet worden. Ook bij verschillende sportactiviteiten, waaronder topsportwedstrijden, worden deze pilots met sneltesten gebruikt. Het doel van deze pilots is om verschillende sectoren eerder te openen. De overheid onderzoekt daarvoor of bezoekers vertrouwen hebben in de veiligheid van evenementen en activiteiten, wat de ervaring is voor bezoekers om zich vooraf te laten testen, wat de ervaring is voor organisaties om te controleren op een geldig negatief testbewijs, of de ondersteunende ICT en apps goed werken en of de speciaal hiervoor gebouwde teststraten goed functioneren. Wel blijven dezelfde coronamaatregelen tijdens deze pilots gelden, zoals het houden van anderhalve meter afstand.‘Pilots testen voor toegang tot evenementen’, rijksoverheid.nl.

Financiële steunmaatregelen door de Nederlandse overheid

Zowel de Nederlandse overheid als verschillende sportbonden en -organisaties hebben steunmaatregelen getroffen om de sportsector financieel te ondersteunen. Zo kunnen sportverenigingen zowel tijdens als na de coronapandemie sport blijven vertegenwoordigen en aanbieden. In januari 2021 liet het kabinet nog weten dat de sportsector hard wordt getroffen door de verlenging van de coronamaatregelen. Omdat de Nederlandse sportinfrastructuur – die wordt gedragen door verenigingen en vrijwilligers – onder druk staat, is sectorspecifieke steun nodig om ervoor te zorgen dat de sportsector ook na de coronamaatregelen haar bijdrage weer kan leveren aan het fit houden en weerbaar maken van de Nederlandse bevolking. Het kabinet besloot daarom om verschillende steunmaatregelen voor de sportsector die voor 2020 waren ingezet, te verlengen tot en met 30 juni 2021 (TASO-regeling, Tegemoetkoming verhuurders sportaccommodaties, Specifieke Uitkering Zwembaden en IJsbanen). In totaal werd € 240 miljoen beschikbaar gesteld voor dit pakket aan maatregelen.Kamerbrief uitbreiding economisch steun- en herstelpakket, Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. AB, p. 19. Deze steunmaatregelen, tezamen met andere belangrijke steunmaatregelen door de Nederlandse overheid, zullen hier kort besproken worden.

De NOW-regeling

Een van de belangrijkste steunmaatregelen van de Nederlandse overheid is de NOW-regeling (de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid). Deze maatregel ondersteunt bedrijven en (sport)verenigingen in het betalen van personeel. Hiermee neemt de overheid een fors deel van de loonsom voor haar rekening. Het doel van de regeling is werkgevers tegemoet te komen in de betaling van de loonkosten indien sprake is van een (verwacht) acuut omzetverlies van minimaal 20% gedurende een periode van drie maanden wegens een vermindering in bedrijvigheid door buitengewone omstandigheden die in redelijkheid niet tot het normale ondernemersrisico kunnen worden gerekend. Door deze steun kunnen bedrijven en verenigingen werknemers in dienst houden voor de uren die zij werken voordat sprake was van een terugval. Hierdoor worden er zoveel mogelijk banen behouden. De regeling ziet onder ‘buitengewone omstandigheden’ de uitbraak van COVID-19, maar hieronder kunnen ook andere calamiteiten vallen.P.A. Hogewind-Wolters & S.F.H. Jellinghaus, ‘De korte weg van werktijdverkorting naar NOW: speed over perfection?’, TAP 2020/95, afl. 3, p. 6. Zie ook P.A. Hogewind-Wolters & S.F.H. Jellinghaus, ‘NOW 2.0: slotakkoord of opmaat?’, TAP 2020/159, afl. 5; A.M. Helstone, ‘Van WTV naar NOW; van werktijdverkorting naar loonkostensubsidie’, ArbeidsRecht 2020/22, afl. 5 en J.M. van Slooten, ‘De NOW: een loonsubsidieregeling met enkele strategische aspecten’, Ondernemingsrecht 2020/64, afl. 7. De tegemoetkoming – die kan worden aangevraagd bij het UWV – bedraagt maximaal 85% van de loonsom. Voor deelname aan de NOW-regeling geldt wel de voorwaarde voor de werkgever dat hij een inspanningsverplichting heeft om de loonsom zoveel mogelijk gelijk te houden. Daarnaast wordt van de werkgever verwacht dat hij in de periode waarover subsidie wordt verstrekt geen ontslag om bedrijfseconomische redenen zal aanvragen voor zijn werknemers.P.A. Hogewind-Wolters & S.F.H. Jellinghaus, ‘De korte weg van werktijdverkorting naar NOW: speed over perfection?’, TAP 2020/95, afl. 3, p. 9. Inmiddels is de regeling alweer tweemaal verlengd met verschillende aanvraagtermijnen.Zie voor een actueel overzicht NOW alsmede P.A. Hogewind-Wolters & S.F.H. Jellinghaus, Corona in: Sdu Opmaat Arbeidsrecht+, bijgewerkt tot 14 april 2021.

 

Ook in de sportsector kan door deze NOW-regeling tegemoet worden gekomen in de loonkosten. Doordat er verschillende maatregelen zijn en meerdere trainingen en wedstrijden stilliggen of hebben stilgelegen, ervaart ook de sportsector moeilijkheden bij het uitbetalen van bijvoorbeeld trainers en onderhoudspersoneel. Er komen weinig inkomsten binnen en het personeel kan vaak niet aan het werk gezet worden. De regeling kan onder andere sportverenigingen, sportondernemers, evenementenorganisatoren en professionele sportorganisaties helpen de crisis door te komen.‘Overzicht financiële steunmaatregelen voor verenigingen’, KNVB 9 april 2020, p. 1, zie knvb.nl. Echter blijkt in de praktijk dat de regeling niet iedereen steun biedt. Zoals gezegd komt men alleen in aanmerking voor de regeling wanneer sprake is van minimaal 20% omzetverlies over een periode van drie maanden. Veel inkomsten, zoals contributie en sponsoring, komen al aan het begin van het seizoen binnen. Hierdoor wordt het minimale verlies van 20% in de maanden waarvoor een tegemoetkoming wordt aangevraagd niet altijd gehaald. Verder vindt uitbetaling van lonen vaak plaats via een sportserviceorganisatie. Doordat de personele lasten niet via het loonheffingsnummer van de vereniging lopen, komt de vereniging zelf niet in aanmerking voor de regeling. De sportserviceorganisatie komt ook niet in aanmerking voor de NOW-regeling, nu zij zelf niet snel aan de eis van minimaal 20% omzetdaling voldoet. Ondanks dat deze problemen wel zijn aangekaart bij de politiek, zijn er nog geen oplossingen voor gekomen.‘Overzicht financiële steunmaatregelen voor verenigingen’, KNVB 9 april 2020, p. 1-2.

De TASO-regeling

Naast de NOW-regeling heeft de overheid ook de TASO-regeling (Tegemoetkoming amateursportorganisaties COVID-19) getroffen. Doel van deze regeling is de financiële schade die amateursportorganisaties ervaren te beperken. Primair om ze op korte termijn niet te laten omvallen door de onmiddellijke financiële effecten van de coronacrisis en secundair om te zorgen dat deze organisaties ook op langere termijn in staat blijven om investeringen te doen in de kwaliteit van het sportaanbod. De regeling is bedoeld voor amateursportorganisaties die ten minste 10% omzetverlies hebben gehad in het betreffende kwartaal waar een tegemoetkoming voor gevraagd wordt. Daarnaast moet er financiële schade geleden zijn van ten minste € 1500. Het verlies moet het gevolg zijn van de maatregelen ter bestrijding van COVID-19. Het is een tegemoetkoming in de vaste lasten van sportclubs die niet in aanmerking komen voor de TVL en/of loonkosten niet via de NOW-regeling gecompenseerd hebben gekregen. Bij de bepaling van de tegemoetkoming wordt onder meer gekeken naar de vaste lasten voor de accommodatie in eigen bezit of beheer, bondsafdrachten, niet-gecompenseerde personeelslasten en het kantineresultaat. De tegemoetkoming is afhankelijk van de financiële schade en bedraagt maximaal € 12 500.Beleidsregel tegemoetkoming amateursportorganisaties en verhuurders sportaccommodaties COVID-19 (Stcrt. 2021, 4754).

De TVL-regeling

Zoals zojuist genoemd is er ook de TVL-regeling (Tegemoetkoming Vaste Lasten). Deze regeling betreft een tegemoetkoming in de vaste lasten van een onderneming, waaronder ook een sportclub. De onderneming moet om in aanmerking te komen voor de tegemoetkoming minimaal 30% omzetverlies hebben en minimaal € 1500 vaste lasten per kwartaal hebben. De vaste lasten worden voor de sector Sport en Recreatie bepaald op 34% van de omzet. De tegemoetkoming bedraagt maximaal 85% van de vaste lasten tot een maximale vergoeding van € 330 000.‘Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL)’, nocnsf.nl. De tegemoetkoming kan telkens aangevraagd worden voor een periode van drie maanden.‘Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL)’, rvo.nl. Het is niet mogelijk om gebruik te maken van zowel de TASO-regeling als de TVL-regeling. Wel is gebleken dat veel verenigingen in eerste instantie een beroep op de TVL-regeling hebben gedaan, terwijl zij later erachter kwamen dat de TASO-regeling voor hen beter zou uitpakken. Met het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is afgesproken dat deze verenigingen bij het aanvragen van de TASO-regeling kunnen invullen dat zij geen TVL-regeling hebben aangevraagd, waardoor ze alsnog voor de TASO-regeling in aanmerking kunnen komen. Zij hebben dan tot het moment van de vaststelling de gelegenheid de TVL-subsidie alsnog terug te storten.‘Financiële compensatie sportverenigingen: aanvragen TASO voor Q4 mogelijk tot en met 5 april’, nocnsf.nl.

De TVS-regeling

Voor verhuurders van sportaccommodaties heeft de overheid de TVS-regeling (Tegemoetkoming verhuurders sportaccommodaties COVID-19) getroffen. Deze regeling is bedoeld om de huur van een sportaccommodatie kwijt te schelden wanneer deze accommodatie vanwege de coronamaatregelen niet door amateursportorganisaties gebruikt kan worden. Omdat huurkosten flinke kosten voor sportverenigingen met zich mee kunnen brengen, heeft de overheid deze regeling bedacht met het doel verhuurders te stimuleren (een deel van) de huur aan sportclubs kwijt te schelden. De tegemoetkoming wordt aangevraagd door de verhuurder (gemeente, sportbedrijf of particuliere verhuurder) die (een deel van) de huursom heeft kwijtgescholden vanwege gedwongen sluiting van de organisatie door de coronamaatregelen. Het betreft alleen kwijtschelding van huur aan huurders die voldoen aan de definitie van een amateursportorganisatie. Veel sportclubs maken gebruik van een niet-gebruiksgebonden huur. De huur is daarbij niet afhankelijk van de mate waarin de accommodatie daadwerkelijk gebruik wordt. In dat geval wordt maximaal 45% van de gederfde huur gecompenseerd. Wanneer gebruik wordt gemaakt van gebruiksgebonden huur, waar een accommodatie gehuurd wordt per uur of dagdeel dat er daadwerkelijk gebruik van wordt gemaakt, wordt wel de volledige 100% van de gederfde huur gecompenseerd.Beleidsregel tegemoetkoming amateursportorganisaties en verhuurders sportaccommodaties COVID-19 (Stcrt. 2021, 4754).

De Specifieke Uitkering Zwembaden en IJsbanen

Een steunmaatregel van de overheid voor een specifieke sportsector is de Specifieke Uitkering Zwembaden en IJsbanen. Gemeenten en exploitanten van zwembaden en ijsbanen hebben er van alles aan gedaan om deze accommodaties open te houden, maar vanwege de coronamaatregelen was dit economisch niet rendabel. Zwembaden en ijsbanen hebben hierdoor langere tijd geen bezoek kunnen ontvangen, terwijl een groot deel van de bedrijfsvoering gebaseerd is op omzet door grootschalig bezoek.Regeling specifieke uitkering zwembaden en ijsbanen COVID-19 (Stcrt. 2021, 14868). Om de financiële gevolgen daarvan te verzachten is er voor 2020 een bedrag van € 100 miljoen beschikbaar gesteld en voor de eerste helft van 2021 een bedrag van € 80 miljoen.‘Specifieke Uitkering IJsbanen en Zwembaden’, dus-i.nl. Met de regeling wordt sluiting van zwembaden en ijsbanen voorkomen. De minister kan volgens de regeling op aanvraag van een gemeente de uitkering verstrekken voor compensatie van het exploitatietekort waarmee een zwembad of ijsbaan is geconfronteerd.Regeling specifieke uitkering zwembaden en ijsbanen COVID-19 (Stcrt. 2021, 14868).

De TOGS-regeling

Korte aandacht aan de Tegemoetkoming Ondernemers Getroffen Sectoren COVID-19 (TOGS) is in deze bijdrage ook op zijn plaats. Ondanks dat deze tegemoetkoming niet meer aangevraagd kan worden, heeft de regeling wel belangrijke steun geboden aan sportverenigingen. De TOGS was getroffen als noodmaatregel om ondernemers te ondersteunen tijdens de coronacrisis. Ondernemers, waaronder ook sportorganisaties, die directe schade ondervonden van diverse kabinetsmaatregelen om het coronavirus in te dammen, konden een eenmalige tegemoetkoming van € 4000 ontvangen in de periode van eind maart tot en met eind juni 2020.‘Tegemoetkoming Ondernemers Getroffen Sectoren COVID-19’, rijksoverheid.nl. Wel waren hiervoor een aantal voorwaarden, waaronder het vereiste van een fysieke locatie zoals een sportkantine. Daarbij moest de te verwachten omzetdaling van die periode ten minste € 4000 zijn, net als de te verwachten vaste lasten van diezelfde periode.‘Noodloket ondernemers ook voor sportverenigingen en ondernemers in de sport’, nocnsf.nl. Ook meerdere sportverenigingen konden deze tegemoetkoming aanvragen.

Belastingverlaging online lessen

Bij sporten in een sportaccommodatie geldt het lage btw-tarief van 9%. Doordat de coronamaatregelen een verplichte sluiting van sportscholen meebrengt, bieden veel sportscholen en ondernemers online sportlessen aan.‘Overzicht steun- en herstelpakket’, rijksoverheid.nl. Sportscholen en ondernemers die online sportlessen aanbieden hebben een tijdelijk verlaagd btw-tarief op deze sportlessen gekregen totdat de verplichte sluiting van sportscholen wordt opgeheven.Kamerbrief uitbreiding economisch steun- en herstelpakket, Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. AB, p. 14.

Financiële steunmaatregelen uit de sportsector

Naast dat de Nederlandse overheid verschillende regelingen heeft getroffen om de sportsector financieel te ondersteunen, hebben ook sportbonden en -organisaties financiële maatregelen genomen. Een aantal van deze maatregelen zullen hier uiteen worden gezet.

Het Coronanoodfonds Sport

De Nederlandse sportorganisatie NOC*NSF heeft een Coronanoodfonds Sport opgericht mede met steun van de Nederlandse Loterij. Het fonds heeft middelen gereserveerd om de nationale sportinfrastructuur te helpen de crisis door te komen. Het was bedoeld als een soort vangnet voor sportbonden die vanwege de coronacrisis in actuele betalingsproblemen zouden komen. Het noodfonds heeft sportbonden en sportverenigingen in 2020 gesteund, maar zal ook in 2021 de financiële positie van sportbonden blijven versterken.‘Extra steun voor sportbonden’, nocnsf.nl.

Opschorten aflossing voor zakelijk krediet

Stichting Waarborgfonds Sport (SWS), een stichting met als doel het stimuleren van bezit van kwalitatief goede accommodaties door sportorganisaties, heeft tezamen met verschillende banken aan het begin van de coronapandemie besloten dat het midden- en kleinbedrijf, waaronder sportverenigingen, voor zakelijke krediet tot € 2,5 miljoen de aflossing daarvan voor zes maanden kan opschorten. Hiervoor geldt wel de voorwaarde dat de vereniging financieel gezond is en niet al betalingsproblemen heeft.‘Overzicht financiële steunmaatregelen voor verenigingen’, KNVB 9 april 2020, p. 2. De verschillende banken regelen echter zelf hoe uitstel moet worden aangevraagd.‘Banken en SWS geven sportclubs “lucht” met uitstel van aflossingsverplichtingen’, sws.nl.

De Borgstelling Noodkrediet door het SWS

Om liquiditeitsproblemen op te kunnen vangen kunnen sportclubs en sportorganisaties bij hun bank een aanvraag indienen voor een tijdelijke lening: het Noodkrediet. De bank zal daar vaak een borgstelling voor vragen, omdat zij zekerheid wilt dat de lening wordt terugbetaald. SWS kan op aanvraag deze borgstelling voor het noodkrediet regelen.‘Borgstelling Noodkrediet aanvragen’, sws.nl. De regeling geldt voor sportclubs en sportorganisaties die in liquiditeitsproblemen komen door de coronamaatregelen van de overheid. Met het noodkrediet kan bijvoorbeeld de periode totdat een aangevraagde subsidie wordt uitgekeerd worden overbrugd of het kan worden ingezet om de financiële schade die is ontstaan door COVID-19 op te vangen en te spreiden over de komende jaren.‘Borgstelling Noodkrediet via Stichting Waarborgfonds Sport (SWS), nocnsf.nl

Steunmaatregelen door de KNVB

De KNVB (de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond) heeft verschillende financiële steunmaatregelen getroffen om de voetbalsector gedurende de coronapandemie te ondersteunen. Zo is er ook een financieel steunpakket voor voetbalclubs gemaakt. De steun is tot stand gekomen door de hoofdsponsor ING-bank, de Oranjespelers en de KNVB. Het pakket bestaat uit een combinatie van donaties, maatregelen en tegemoetkomingen die in totaal een bedrag van € 11 miljoen vertegenwoordigen. Het pakket is bedoeld voor zowel betaaldvoetbalclubs als amateurverenigingen.‘Overzicht financiële steunmaatregelen voor verenigingen’, KNVB 9 april 2020, p. 2. Verder zijn meerdere kleine maatregelen genomen waaronder het niet uitvoeren van een aantal maandelijkse incasso’s aan de KNVB, het lager laten uitvallen van bepaalde kosten en het restitueren van bijvoorbeeld wedstrijdgelden.‘Overzicht financiële steunmaatregelen voor verenigingen’, KNVB 9 april 2020, p. 3. Daarnaast heeft de KNVB een stimuleringsbudget beschikbaar gesteld waar voetbalverenigingen aanspraak op konden maken. Het budget was bedoeld om voetbalaanbod bij verenigingen te organiseren of om bestaande en/of nieuwe doelgroepen aan de verenigingen te binden. Door het stimuleringsbudget zijn allerlei voetbalactiviteiten opgestart.‘KNVB stimuleringsbudget volledig ingezet’, knvb.nl.

Betaaldvoetbalakkoord

Op 7 mei 2020 hebben de werkgeversorganisatie FBO, spelersvakbonden VVCS en ProProf en vakvereniging Coaches Betaald Voetbal (CBV) een akkoord betaald voetbal bereikt waarin collectieve afspraken zijn gemaakt rondom het reduceren van de salarissen met een potentiële omvang van circa € 35 miljoen. Naast bindende afspraken zijn hierin onder meer richtlijnen opgenomen tot 1 januari 2021.

 

Het gaat daarbij om de volgende richtlijnen:https://fbo.nl/2020/05/07/uniek-akkoord-betaald-voetbal/.

  • het afzien van, dan wel het vinden van een minnelijke regeling ten aanzien van collectieve bonussen;
  • een salarisreductie aan de hand van een progressieve staffel. Beginnend vanaf 2,5% voor jaarsalarissen voor meer dan € 25 000 bruto per jaar en oplopend naar maximaal 20%, waarbij partijen hebben afgesproken rekening te houden met de overheidsmaatregelen;
  • het afzien van eventuele resterende vakantiedagen over het seizoen 2019/2020;
  • de mogelijkheid tot betaling van de vakantietoeslag over het seizoen 2019/2020 in de maand juni in plaats van de maand mei.

 

De bindende afspraken zien op:

  • het tussentijds openbreken en verlengen van de CAO voor Contractspelers Betaald Voetbal van 1 juli 2020 tot en met 30 juni 2023;
  • een verlaging van het verplichte aantal contractspelers in de Eerste Divisie, van 16 naar 14 in 2020/2021 en naar 15 in 2021/2022;
  • een verlaging van de toetsingsgrens betreffende de vakantietoeslag voor contractspelers in de seizoenen 2020/2021 en 2021/2022;
  • het door de spelersvakbonden afzien van een verhoging van de werkgeversbijdrage per 1 januari 2021;
  • het indien mogelijk gelijk houden van het inkomenscriterium voor niet-EU-spelers (als vastgesteld voor het seizoen 2019/2020);
  • duur van de salarisreductie.

Toekomst

Voorlopig is de COVID-19-pandemie nog niet ten einde. In de persconferentie van 13 april 2021 is wel een openingsplan bekendgemaakt door het kabinet, maar versoepelende maatregelen zullen afhankelijk zijn van hoe de coronasituatie en het aantal besmettingen zich de komende tijd zullen ontwikkelen. Pas wanneer de situatie dit toelaat, zullen de maatregelen op het gebied van sport langzaam worden afgebouwd.

 

Gedurende de coronacrisis zijn er een hoop financiële steunmaatregelen door de overheid en de sportsector getroffen. De meeste aanvragen voor een tegemoetkoming door de overheid zullen voor juni 2021 ingediend moeten worden. Of daarna de regelingen weer worden verlengd, zal ook afhankelijk zijn van de coronasituatie tegen die tijd.